De visheveltrap bij het gemaal Abraham Kroes werkt

Moordrecht – De stelling hierboven begint met de vraag: hoe zwemt de vis van de Hollandse IJssel naar de ernaast liggende Zuidplaspolder heen en terug bij een hoogteverschil tot ca negen meter? Want dat was ongeveer 10 jaar geleden de kernvraag van het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard (HHSK), die leidde tot het innovatieve ontwerp en de aanleg van de hevelvistrap bij het gemaal Abraham Kroes.

Vissen gaan in het voorjaar van het buitenwater (Hollandse IJssel) naar de sloten en tochten in de Zuidplaspolder om zich daar voort te planten. In het najaar is er een omgekeerde trek vanuit de polder weer terug naar de Hollandse IJssel. Tijdens het project met de visheveltrap (ca 10 jaar geleden) zijn er meerdere gemalen, waar er één is aangelegd, op de werking ervan onderzocht, zowel voor de aanpassingen als achteraf.

Het onderzoek vooraf, in 2009, heeft bevestigd dat de meeste onderzochte gemalen

forse schade en sterftepercentages veroorzaakten. De sterftepercentages lagen tussen de 21% en 58% voor schubvis en tussen de 67% en 100% voor de aal. Na aanpassing van de schoepen van de gemalen is de situatie geheel anders: de schadepercentages liggen nu tussen de 0,06% en 1,3%. Maar bij alle aangepaste opvoerwerken blijft er sprake van enige beschadiging van passerende vis in de richting van het buitenwater.

De vistrap bestaat uit een combinatie van een gesloten deel en een open deel met rustplaatsen voor de vissen, De totale lengte van de vistrap is ca 70 meter.

Door met een vacuümpomp de buis in de vistrap vol te zuigen, kan het water langzaam door de buis van de Ringvaart naar de Zuidplaspolder stromen, de vissen kunnen dan door de buis twee kanten opzwemmen.

Na de aanleg heeft een onderzoek plaatsgevonden, waaruit is gebleken dat er vis door de vistrap zwemt en dat de vistrap goed zijn werk doet. In het voorjaar van 2012 is aangetoond dat onder andere rode aal de vistrap gebruikt voor de intrek. Ook is er een relatief sterke intrek van riviergrondel, die bijdraagt aan de opbouw van de visgemeenschap. Vorig jaar zijn bij het droogzetten van de vistrap tijdens werkzaamheden diverse vissen aangetroffen.

Verder is de vistrap vlak na aanleg door HHSK getest, waarbij HHSK heeft gekeken of vis in staat is de vistrap te passeren. De gegevens hierover staan in het rapport ‘de vissen zwemmen weer heen en weer’. Zie link naar STOWA rapport

De vis heeft de weg dus gevonden, uit dit onderzoek is ook gebleken dat er vis door de vistrap zwemt en dat de vistrap goed zijn werk doet. De hoeveelheid die door de vistrap is gemeten, tijdens de monitoring voor dit onderzoek, was wat laag maar dit kwam overeen met het aanbod aan vis in de polder op dat moment.

Hoewel HHSK niet regulier vistrappen laat monitoren, verwachten ze dat zeker op de wat langere termijn de vistrap zich tot een bekende route heeft ontwikkeld voor vismigratie. Vissen hebben over het algemeen wat meer tijd nodig om een nieuwe migratieroute te leren kennen, maar zeker in combinatie met de ernaast gelegen route via de snelle sluis verwacht HHSK dat de vis de polder en het buitenwater kan bereiken. Door in de vismigratieseizoenen elke nacht drie extra loze schuttingen (zonder dat er een schip doorgaat) uit te voeren met de Snelle Sluis, kunnen de vissen van de Hollandsche IJssel eenvoudig via het verbindingsvaartje naar de Ringvaart zwemmen, en andersom.

Aandachtspunt voor hengelverenigingen is dat de visstand in de Zuidplaspolder nog wel eens in de tijd varieert, afhankelijk van de milieucondities.

Door Louis Bekker

Heeft u lokaal nieuws uit Zuidplas of omgeving?
Mail het ons via redactie@dichtbijhetnieuws.nl